Winterrust bij ganzen
Hele groepen ganzen in het veld of in V-vlucht in de lucht. In het najaar zien we ganzen in grote getalen. Ze komen vanuit het noorden van Europa en Siberië gevlogen. Het overgrote deel van deze ganzen landt in Nederland om hier te overwinteren. Dat kunnen ze in alle rust doen. Van 1 november tot 1 maart krijgen ganzen in ons land namelijk ‘winterrust’.
Ganzentrek
In Nederland leven zeven soorten ganzen: de grauwe gans, de rietgans, de brandgans, de kolgans, de Canadese gans, de Nijlgans en de Indische gans. Een deel daarvan leeft het hele jaar in Nederland (standganzen), een deel alleen in de winter en het vroege voorjaar (trekganzen). De trekkende ganzen vliegen in het voorjaar weer naar het noorden, naar hun broedgebieden.
Ganzenrust
Om trekganzen de rust te geven die ze nodig hebben voor herstel na de lange vlucht en tijd te geven zich te voeden, mogen ganzen, alle ganzen, in de wintermaanden niet worden gestoord. In de provincie Utrecht zijn zelfs drie ganzenrustgebieden. In die gebieden mogen het hele jaar geen activiteiten worden ondernomen waar ganzen hinder van ondervinden. In die gebieden vindt geen beheer van ganzen plaats. Als RUD Utrecht controleren wij of winterrust voor ganzen wordt gerespecteerd en handhaven wij waar nodig. Zo dragen we bij aan behoud van natuur.